+31 (0)6 13328232       info@luzazultrainingen.nl
  • Nederlands
  • English

Humor in een interculturele context

Ken je dat? Dat je, samen met iemand uit een andere cultuur, huilt van het lachen om iets kolderieks. Dat je buikschuddend elkaar ineens tot in het diepst van je wezen kan begrijpen, en dat, terwijl je misschien niet eens elkaars taal verstaat, of alleen met handen en voeten communiceert. Humor is een pareltje van vreugde waarbij alle grenzen wegvallen en er iets wezenlijks universeels overblijft.

Zo ook op deze foto, vorig jaar gemaakt in Paramaribo op de ‘Dag van de Inheemsen’. Ik raakte in de Palmentuin aan de praat met deze Indiaanse dames die ons vervolgens vroegen een foto van hen te maken… als nieuwe profielfoto voor hun Facebook account. De eerste was veel te ernstig, dus opnieuw proberen, ook die foto werd weggehoond, en nog maar een poging. Al met al grote hilariteit, en ineens pats, stond het nieuwe portret online en kwam er meteen al een ‘like’ uit het binnenland terug.

Humor en interculturele communicatie

Dit is een prachtig span omdat het licht- en luchtigheid in een internationale werkrelatie kan brengen. Maar het is ook een tikje ongemakkelijke combinatie, want niet alles wat voor de één leuk is, is dat voor de ander ook, of de clou komt domweg niet over. Daarom hoog tijd om humor eens onder het vergrootglas te leggen en te kijken hoe we dat effectief kunnen inzetten…of niet.

Wat is humor eigenlijk?

Humor wordt gekenmerkt door de lach of de glimlach. Er is duidelijk emotie en gevoel bij betrokken. Breinonderzoek toont aan een ander hersengebied geactiveerd wordt als er gelachen wordt dan wanneer er alleen gepraat wordt. Verder heeft humor een duidelijke sociale functie: als je samen lacht voel je gedeeld begrip, verbondenheid en dat zorgt voor groepscohesie. En daar is meteen al het eerste addertje onder het gras. Want als je de grap niet begrijpt of niet leuk vindt, liggen uitsluiting en er niet bij horen op de loer.

Taal en referentiekader

Om een grap te begrijpen heb je een behoorlijk verfijnde kennis van de gemeenschappelijke taal (vaak een tweede taal) èn een gedeeld referentiekader nodig. Grappen schuren namelijk altijd aan en over de grenzen van wat ‘normaal’ is. Even een typisch grapje uit België: “Waarom heeft een Hollander een raampje in zijn koelkast? Om te kijken of het lichtje uit is”. Wat is hier het gedeelde referentiekader? Het feit dat we aan beide zijden van de grens begrijpen dat hier wordt gedoeld op de vermeende zuinigheid van de Nederlanders. Heb je dat gedeelde begrip niet, dan wordt het een stuk lastiger.

Humor in de context

Cultureel verschillen we in de context waarin we humor gebruiken. Nederlanders zijn in het algemeen nogal informeel in de communicatie en gebruiken humor snel om het ijs te breken. Aan het begin van een gesprek of in een vergadering vinden wij het niet raar dat er grapjes worden gemaakt en er wordt gelachen. Maar dit is intercultureel allerminst vanzelfsprekend. Voor sommige culturen zijn vergaderingen serieuze aangelegenheden waarin wel vriendelijk wordt geglimlacht maar zeker niet word geplaagd. Een Nederlandse manager in Indonesië die tijdens een vergadering waar stoelen tekort kwamen, zijn medewerker plaagde met “hé boef, je hebt mijn bureaustoel verdonkeremaand”, schrok enorm toen diezelfde medewerker een half uur later gekleed in pak met stropdas plechtig zijn ontslag kwam indienen. Hij moest praten als brugman om duidelijk te maken wat de intentie van zijn uitspraak was geweest en dat dat geenszins het berokkenen van gezichtsverlies was. Want zo was het overgekomen! Voortaan bedacht hij zich wel twee keer voordat hij een dergelijke grap maakte.

Wij en zij

Een van de kenmerken van grapjes is het in zwart/wit categorieën denken. Belgen/Nederlanders, vrouwen/mannen, zuinige/gulle mensen, onderdrukten/overheersers etc. Voor je het weet ligt uitsluiting op de loer. De grappen over en weer worden grover en in plaats van dat humor verbroedert en een nieuw ‘wij’ smeedt waarin grenzen versmelten, worden nieuwe muren van onbegrip en uitsluiting opgeworpen. Toen ik een tijdje terug zelf een workshop over humor in een interculturele context volgde, was dan ook de teleurstellende conclusie dat er relatief weinig veilige grensoverschrijdende humor is. Maar ook dat humor een uitstekend middel is om te verbinden. Mits je aanvoelt wat het effect is!

Ik eindig dan ook met een verhaal van een van ’s werelds dorpsoudsten, Desmond Tutu. Het is bekend dat hij dol is op deze grap “When the missionaries came to Africa, we had the land and they had the Bible. Then they said, “Let us pray …,” and asked us to close our eyes. By the time the prayer was over, they now had the land and we had the Bible”. En meestal beëindigt hij de grap met de toevoeging: “And I think we got the better deal”.

Social Media

Follow Luz azul training, consulting & coaching at:

Actueel

Masterclass Brain, Mind & Culture

On October 18, 2024 the next Masterclass Brain, Mind and Culture of Japan Intercultural Institute starts. This Masterclass is a blended learning course (webinars-podcasts-online learning) that introduces the latest insights of culture, brain and mind sciences to those living and working interculturally. You will gain a deeper understanding of the psychology of intercultural experiences, including: culture and cognition, biases, and deep culture learning and transformation. You will learn to be a more insightful interculturalist and learn how to encourage intercultural learning in others. Joseph Shaules and Yvonne van der Pol are your facilitators.

© Luz azul trainingen, advies & coaching